maakleerplek

De realiteit

maakleerplek

Wat hebben jullie bereikt? Zijn jullie initiële uitgangspunten veranderd en waarom? Waar of hoe hebben jullie moeten bijsturen?

In februari 2021 kon maakleerplek (mlp) dan eindelijk de deuren openen. Schepen van Onderwijs en Economie Lalynn Wadera nodigde in naam van de stad Leuven en projectontwikkelaar Ertzberg “alle Leuvenaars, Leuvense bedrijven, kunstenaars en scholen uit om de ruimte in te nemen, om elkaar te ontmoeten, om te leren en te creëren, om samen meer te kunnen dan apart. Want mlp moet een plaats worden waar ideeën bruisen en projecten groeien, waar er ruimte en tijd is voor iedereen om samen te experimenteren met ideeën voor de toekomst”.

Sarah Martens: Het uitgangspunt in de mlp is en blijft nog steeds dat elke activiteit gericht is op maken en op leren. Alle deelnemers zijn er gelijkwaardig en nemen mee verantwoordelijkheid op voor het slagen van het groter geheel.Meer over ‘inclusie in cocreatie’ lees je hier. Iedereen kan er in alle vertrouwen ideeën uitwerken en dingen uitproberen, op zoek gaan naar mogelijke antwoorden op de diverse maatschappelijke, sociale, ecologische, economische en culturele uitdagingen van vandaag. Experimenteren staat centraal en de uitkomsten van deze experimenten kunnen niet op voorhand worden vastgelegd. We willen dat het een open plek blijft: alle deelnemers delen met anderen wat ze maken, hoe ze iets maken en wat ze daarvan geleerd hebben. Om deze experimenten en nieuwe praktijken te helpen ontstaan, maken we gebruik van verschillende grondstoffen, hanteren we bepaalde principes en stellen we bepaalde (voor)waarden voorop die verbonden zijn met deze unieke maakleerplek en de omliggende buurt.

maakleerplek
Ruth Wouters: Vanaf april 2020 namen wij met het ESF-project, in overleg met stad Leuven, de rol van ‘transitiemotor’ op en trokken we ons terug uit de dagelijkse mlp-coördinatie.Meer over ‘samen organiseren voor transitie’ lees je hier.
We hebben voor het woord ‘motor’ gekozen omdat puur ‘plek-coördineren’ zonder werkkader, of puur vanuit een reeds beproefde beleidslogica niet mogelijk is. Dan creëer je iets zoals er nog wel een paar plekken in Leuven zijn waar mensen ruimte kunnen huren en waar ze hun eigen werking opzetten of workshops organiseren. De mlp had ook de neiging om zo’n plek te worden. Vanuit dat gegeven hebben we gedacht dat we moesten proberen om echt de motor te zijn om de inhoud, de visie en de organisatie mee ‘in gang te zetten’ – om in die termen te blijven – en iets heel anders te creëren. En met ‘anders’ bedoel ik dan dat het maken en het leren  expliciet verweven wordt. Leren gebeurt vaak eerder gescheiden en geformaliseerd en het ‘maken’ hoort dan bij de arbeid.mlp overstijgt de breuklijn leren – werken – pensioen en zet in op een leven lang leren. Meer daarover lees je bij  ‘meester van je eigen leerweg’.. Terwijl we in mlp via maken en duurzaam inzoomen op grondstoffen een andere soort leerervaring binnen willen brengen.

Experimenteren staat centraal in mlp en de uitkomsten van deze experimenten kunnen niet op voorhand worden vastgelegd. We willen dat het een open plek blijft: alle deelnemers delen met anderen wat ze maken, hoe ze iets maken en wat ze daarvan geleerd hebben.

– Sarah Martens

Sarah Martens: De deelplekken zoeken momenteel hoe je dat werkkader toepast. Hoe kan je vanuit gelijkwaardigheid en vertrouwen werken en bijvoorbeeld niet meteen zelf een ‘aanbod’ definiëren? Hannah van High Tech Lab vergeleek het eens met een bakkerij waar je zelf je brood moet bakken. Je kan even kijken hoe de bakker het doet, maar de bedoeling is wel dat je zelf bepaalt wat je maakt. Het ‘andere’ en misschien ook het moeilijke zit dan in hoe mensen zich veilig kunnen voelen om hun eigen project te maken. Want net hierover is veel onzekerheid. Ze vragen dan ‘wil jij dat maken voor mij?’ Of ze willen dat iemand hen zegt wat ze met die lasercutter of 3D-printer kunnen maken. Dat is hier niet de bedoeling. We proberen nu heel erg ondersteunende formats en tools te bieden. En dat is heel verschillend van gewoon een catalogus maken van wat je kan komen doen of ‘consumeren’.

We willen echt kijken hoe we iedereen als individuen samen krijgen om van elkaar te leren. En dan gaan we het samen doén. De plek, de mensen, en de grondstoffen en de energie die je daar vindt, gaan dan mee ondersteunend zijn. Op die manier werken kan je theoretisch uittekenen, maar dat kan je alleen maar in de praktijk vormgeven. En dat begint te lukken. De mensen van High Tech Lab zeggen dat hun grootste vraag niet is om een manual te maken voor de lasercutter, maar hoe ze de mensen zover krijgen dat ze zich veilig voelen om die lasercutter te gebruiken. Dat zij dit naar voor schuiven als vraag, vind ik op zich al geslaagd. Andere vragen gaan bijvoorbeeld over hoe je vrijwilligers engageert. Dat zijn resultaten die aantonen dat het over iets anders gaat dan alleen maar afvinken hoeveel workshops je hebt georganiseerd voor hoeveel doelgroepen en hoeveel mensen.

Negen transitie-experimenten verkregen vanuit het Europese Sociaal Fonds financiering en ondersteuning.